Van aanvraag tot hulp

Wanneer krijg je persoonlijke ondersteuning? En welke stappen doorloop je voordat de persoonlijk ondersteuner voor het eerst langs komt? We zetten het proces op een rij.  
 
Persoonlijke ondersteuning begint meestal bij de gemeente. Gemeentes zijn verantwoordelijk voor de Wet maatschappelijke ondersteuning. Daar valt ook persoonlijke ondersteuning onder. Het aanvraagproces van persoonlijke ondersteuning verloopt meestal zo: 

1: Elke gemeente heeft een eigen Wmo-loket. Dat kan ook een buurtteam of sociaal wijkteam zijn. Daar komt iemand vaak voor het eerst terecht met een vraag. Iemand kan zichzelf melden. Maar soms helpen buren, vrienden, familie of politie, omdat zij zien dat iemand echt hulp nodig heeft.

2: De gemeente kijkt goed naar iedere situatie. Heeft iemand inderdaad persoonlijke ondersteuning nodig? Dan geeft de gemeente een beschikking. Hierin staat hoeveel uur persoonlijke ondersteuning iemand krijgt, en voor welke doelen. Bijvoorbeeld werk vinden. Of helpen met sociaal contact.

3: Dan kijkt de gemeente samen met de cliënt welke zorgaanbieder het beste bij iemand past. Er zijn namelijk meerdere partijen die persoonlijke ondersteuning aanbieden.

4: Hebben de gemeente en de cliënt voor Abrona gekozen? Dan gaan wij langs bij de cliënt. We stellen samen een ondersteuningsplan op. Daarin staat waar we aan gaan werken, en hoe we dat gaan doen.

5: We gaan helpen. En stellen ondertussen de doelen bij als dat nodig is. Waar het kan, betrekken we vrienden, familie, buren en vrijwilligers bij de ondersteuning.

6: We stromen vaak in als er veel problemen zijn. Na een poosje komt iemand in rustiger vaarwater. Daarom kijken we na een paar maanden hoe het gaat: 

  • Soms kan de persoonlijk ondersteuner stoppen, omdat het goed gaat. 
  • Soms is er een vrijwilliger of familie die het werk kan overnemen. 
  • Of we blijven betrokken, maar dan voor minder uur per week, omdat het goed gaat. Dit is vaak zo bij mensen met een lichte verstandelijke beperking.